Gemeenten en publieke afvalinzamelaars overwegen om een bodemprocedure tegen het kabinet te starten. Aanleiding is het verbod op lachgascilinders dat al sinds januari 2023 zorgt voor onbeheersbare aantallen cilinders in het huishoudelijk afval. Partijen vinden dat bij invoering van dat verbod onvoldoende rekening is gehouden met de gevolgen, en dat het Rijk geen verantwoordelijkheid neemt om gemeenten hierin bij te staan. De publieke partijen vragen al anderhalf jaar dringend om hulp. Per formele brief eisen de partijen via hun advocaat dat staatssecretaris Karremans van VWS binnen twee weken verantwoordelijkheid erkent.
Sinds de plaatsing van lachgas op lijst ll van de Opiumwet in januari 2023, zorgen lachgascilinders in het (rest)afval voor grote problemen in de afvalsector. Door de interventies die inzamelaars en gemeenten moeten plegen om cilinders uit het afval en de openbare ruimte te verwijderen, lopen de kosten in de tientallen miljoenen. Daarnaast leveren de cilinders gevaarlijke situaties op voor medewerkers, bijvoorbeeld wanneer deze tot ontploffing komen in inzamelvoertuigen of verbrandingsinstallaties.
Om dit aan te kaarten zijn al talloze brieven gestuurd en gesprekken gevoerd. Voor de Nederlandse Vereniging voor Afval- en Reinigingsdiensten (NVRD) en haar gemeentelijke en publieke leden is de maat rondom de lachgasproblematiek nu vol: de problemen duren onverminderd voort, zonder dat er zicht is op een concrete oplossing. “De situatie is onhoudbaar. Een groot aantal leden ziet geen andere optie meer dan de Staat aansprakelijk te stellen voor de schade die zij lijden. Alle pogingen hier samen uit te komen zijn gestrand. Zij doen dit met pijn in het hart; als medeoverheden en publieke organisaties is dit geen lichtzinnige stap,” aldus NVRD directeur Wendy de Wild.
Ondanks toezeggingen van het vorige kabinet om op zoek te gaan naar fondsen, ontving de NVRD vervolgens een brief dat er toch geen financiële middelen beschikbaar komen om de sector te ondersteunen. En dat terwijl de problematiek onverminderd voortduurt en de kosten blijven oplopen. “Tijdens een rondetafelgesprek in de Tweede Kamer bleek dat Kamerleden zien hoezeer sinds het verbod de enorme toestroom van illegale lachgascilinders tot grote problemen en uitgaven in gemeenteland leidt. Het kabinet heeft daar echter geen opvolging aan gegeven”, licht De Wild toe.
Een groot deel van de leden van de NVRD ziet nu geen andere oplossing dan juridische stappen tegen de Staat. De advocaat bereidt een bodemprocedure tegen de Staat voor, indien er geen formele reactie binnen de gestelde termijn komt. De procedure zal formeel gevoerd worden door een groot deel van de leden van de NVRD.
De Staat zal in dit geval op grond van een onrechtmatige daad aansprakelijk worden gesteld voor de schade die gemeenten en publieke afvalinzamelaars lijden door de invoering van het lachgasverbod. Het lachgasverbod houdt tenslotte geen rekening met de grote en onevenredige gevolgen die het verbod heeft. De totstandkomingsgeschiedenis van het verbod laat zien dat de wetgever vóór de invoering van het lachgasverbod niet stil heeft gestaan bij die gevolgen, iets wat de Staat ook heeft erkend.
De risico’s die (medewerkers van) gemeenten en publieke inzamelaars lopen en de schade die zij lijden doordat het lachgasverbod onrechtmatig is, zijn het directe gevolg van het lachgasverbod. De invoering daarvan heeft immers een einde gemaakt aan het informele statiegeldsysteem van veilige cilinders dat vóór de invoering van het verbod bestond. Daarvoor in de plaats zijn onveilige wegwerpcilinders gekomen, met alle gevolgen van dien. Anders dan de Staat veronderstelt, zijn wegwerptanks na gebruik niet helemaal leeg. De tanks bevatten altijd resten lachgas die kunnen ontploffen. De vele explosies bewijzen dat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten