vrijdag 11 juli 2025

Nederlandse partners starten bouw klimaat satelliet TANGO

ISISPACE, TNO, SRON en KNMI zijn gestart met de bouw van de Twin Anthropogenic Greenhouse gas Observers (TANGO). Dit is een satellietsysteem van de European Space Agency (ESA) dat wereldwijd broeikasgasemissies van CO2 en methaan meet op bronniveau. TANGO bouwt voort op de succesvolle TROPOMI satellietmissie. TANGO gaat een grote stap verder: bronnen verantwoordelijk voor zo’n 70% van de broeikasgasemissies worden in kaart gebracht, TROPOMI brengt slechts 5% in beeld en meet van de broeikasgassen alleen methaan. TANGO meet de broeikasgasuitstoot van individuele bronnen zoals energiecentrales, vuilnisbelten en fabrieken. 

TANGO bestaat uit twee wendbare satellieten van ieder 25 kg die samen om de aarde draaien. Eén satelliet meet CO2- en methaanuitstoot en de andere stikstofdioxide. Op deze manier meet TANGO elke vier dagen de uitstoot van 150 tot 300 grote, industriële faciliteiten en energiecentrales. Dit levert beelden op van emissiepluimen met een resolutie van 300 x 300 meter.

TANGO is een ESA-missie die is ontwikkeld door een Nederlands consortium. ISISPACE leidt de implementatie en is verantwoordelijk voor de satellieten, lancering en operaties van de twee satellieten. TNO ontwikkelt en bouwt de instrumenten die de metingen van CO2, methaan en NO2 verzorgen en werkt aan een emissieatlas voor broeikasgasuitstoot. SRON en KNMI hebben de wetenschappelijke leiding over het project en ontwikkelen de algoritmen voor het afleiden van de gasconcentraties. SRON ontwikkelt detectorelektronica en het grondsegment voor de operationele dataverwerking. TANGO is een ESA Scout-missie, ontwikkeld binnen het FutureEO-programma van ESA. Nederland draagt als ESA-lidstaat bij aan TANGO door financiering vanuit het Ministerie van Economische Zaken. Dit is een direct resultaat van advies en uitvoering van het ruimtevaartbeleid door het Netherlands Space Office. 

Nederland heeft al meer dan 40 jaar een sterke internationale positie op het gebied van aardobservatie en satellietmissies. Met de ontwikkeling van TANGO wordt dit bewezen. De bouw en lancering van TANGO bieden niet alleen kansen voor de Nederlandse industrie maar zorgen er ook voor dat Nederland zijn internationale toppositie in aardobservatie van de atmosfeer verder kan uitbouwen en een unieke positie opbouwt in het aanleveren van klimaatdata. Het contract voor TANGO tussen ESA en hoofdaannemer ISISPACE is op 26 juni ondertekend in Wenen tijdens het ESA Living Planet Symposium.

 

donderdag 10 juli 2025

'Met schrappen CO2-heffing beloont overheid oude, fossiele industrie'

Dat de industrie voorlopig toch geen CO2-heffing hoeft te betalen voor de uitstoot die de bedrijven veroorzaken, is alsof de overheid de klimaatdoelen bij het vuilnis zet.

Voor de oude, fossiele industrie is dit een cadeautje. Het haalt de prikkel om te veranderen weg. De heffing treft vooral de bedrijven die te traag overstappen op schone alternatieven. Het schrappen komt dus vooral ten goede aan bedrijven die hun verduurzaming niet of nauwelijks aanpakken. Het is onzin dat het om allemaal hoogstaande, innovatieve industrie zou gaan. De industrie die wel verduurzaamt raakt het voordeel dat het hen zou opleveren kwijt.

Er lag een goed klimaatpakket vanaf 2019, met lange termijn focus dat nu zomaar van tafel verdwijnt. Dat is een typisch voorbeeld van een onbetrouwbare overheid, vooral naar de partijen die wel druk aan het verduurzamen zijn. En nu moeten er nieuwe klimaatmaatregelen worden verzonnen om de klimaatdoelen alsnog te halen. Je kunt niet maatregelen schrappen en beweren dat de doelen blijven staan. Daarbij komt ook nog eens dat de opbrengsten van de heffingen, honderden miljoenen, in verduurzaming gestoken konden worden. Dat geld is nu verdwenen.

Ook de industrie zelf is niet onverdeeld blij als de CO2-heffing van tafel gaat. Zij snappen dat de verduurzaming van de industrie moet doorgaan. Een brede maatschappelijke alliantie, inclusief de industrie en VNO-NCW, pleitte vorige week nog voor voortzetting van het huidige beleid. Met het schrappen van de heffing wordt daar geen gehoor aan gegeven. Daarnaast zorgde de CO2 heffing voor meer druk op innovatie en het zoeken naar productiemethoden die minder vervuilend zijn.

Suikercoöperatie Cosun, die de komende jaren driekwart van de uitstoot gaat terugdringen, is een voorbeeld van hoe het zou moeten gaan. Bedrijven die veel uitstoot produceren, moeten niet jammeren, maar zo snel mogelijk omschakelen naar andere productiemethoden. Nu hebben de achterblijvers weer een reden om weinig haast te maken.

woensdag 9 juli 2025

Tata Steel dient Milieueffectrapport Groen staal in bij Provincie Noord-Holland

Tata Steel heeft een verzoek voor een projectbesluit en het Milieueffectrapport (MER) voor het project Heracless-Groen staal ingediend bij de provincie Noord-Holland en de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG).

De indiening markeert een mijlpaal in de voorbereiding van de verduurzaming van het staalbedrijf. Nu begint de fase waarin het bevoegd gezag, dat is de provincie Noord-Holland, de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied en Rijkswaterstaat (RWS), de plannen voor Groen staal en effecten daarvan op de leefomgeving zal beoordelen.

In het verzoek voor een projectbesluit onderbouwt Tata Steel de planologische wijzigingen van de huidige omgevingsplannen om het project mogelijk te maken.

In het MER brengt Tata Steel de milieugevolgen van het project en de impact daarvan op de leefomgeving in beeld.

De provincie, OD NZKG en Rijkswaterstaat beoordelen of alle informatie in het MER is opgenomen om het ontwerpprojectbesluit en de ontwerpvergunningen op te stellen. De provincie heeft Tata Steel eerder geadviseerd om het gezondheidsaspect een centrale plek in het MER te geven en zal hier op letten in haar beoordeling.

Voor de beoordeling van het MER vraagt de provincie aan de Commissie mer te toetsen en te beoordelen of alles wat belangrijk is voor het project ook is beschreven. Het advies van de Commissie mer zal zij publiceren op haar website. Het bevoegd gezag betrekt dit advies in haar eigen beoordeling van het MER. Het streven is om deze beoordeling aan het eind van het derde kwartaal van 2025 af te ronden.

Gedeputeerde staten (GS) van de provincie nemen uiteindelijk het projectbesluit. Het ontwerpprojectbesluit is bedoeld voor wijzigingen van de huidige omgevingsplannen om de bouw van de nieuwe fabrieken en installaties mogelijk te maken. Het ontwerpprojectbesluit zal op zijn vroegst in het eerste kwartaal van 2026 ter inzage worden gelegd met de mogelijkheid voor het indienen van zienswijzen. Iedereen heeft de mogelijkheid om in deze periode te reageren.

De provincie heeft bij de start van het complexe project in maart 2023 aangegeven dat haar uitgangspunt is dat zij als bevoegd gezag vanaf formele indiening van de documenten, onder voorwaarde van een goede kwaliteit van de aangeleverde informatie, een jaar nodig heeft om de plannen en de effecten op de leefomgeving zorgvuldig te beoordelen en tot definitieve besluiten te komen.
 

dinsdag 8 juli 2025

Radicale ontdekking maakt écht goud uit afval — zonder vervuiling, mogelijk einde aan giftige goudwinning

Onderzoekers hebben een revolutionaire techniek ontwikkeld waarmee puur goud kan worden gewonnen uit elektronisch afval — volledig zonder giftige chemicaliën. Dit zou een groot alternatief vormen voor de traditionele, vervuilende goudwinning.

Door gebruik te maken van gereduceerd grafeenoxide (rGO), kunnen goudionen uit een oplossing direct worden gereduceerd tot metallisch goud op het oppervlak van grafeenvellen. Dit gebeurt in enkele minuten, zonder extra chemicaliën of energieinput.

De methode is extreem selectief: het grafeen vangt vrijwel uitsluitend goud, terwijl andere metalen ongemoeid blijven — zelfs in spoorkoncentraties van slechts één miljardste van een procent.

Slechts 1 gram grafeen kan bijna 2 gram puur goud produceren. Aangezien grafeen goedkoop is (minder dan $0,10 per gram), maakt dit proces economisch erg aantrekkelijk.

Er is geen sprake van vervuiling door gevaarlijke stoffen zoals cyanide en kwik, die wel worden gebruikt bij conventionele gereedschappen in de mijnbouw.

Elektronisch afval bevat vaak meer goud per ton dan natuurlijke ertsen — denk aan 150 gram goud uit een ton printplaten — en toch wordt slechts een klein deel daarvan momenteel gerecycled.

maandag 7 juli 2025

Renewi opent nieuwe recyclinglijn voor boilers in Frankrijk

Renewi E-waste en de inzamelorganisatie ecosystem openden onlangs in Lesquin, Frankrijk, officieel een recyclinglijn die zich richt op de ontmanteling en verwerking van afgedankte elektrische boilers, waaronder ook apparaten uit Nederland. Deze innovatieve lijn draagt bij aan de bescherming van het klimaat door het veilig extraheren van broeikasgassen uit het isolatieschuim. Bovendien vormt het, door het terugwinnen van waardevolle materialen voor hergebruik, een belangrijke stap richting een meer circulaire economie.

Elektrische boilers zorgen voor warm water en comfort, maar aan het einde van hun levensduur vormen ze een risico voor het milieu. Dat komt door het isolatieschuim aan de binnenkant van deze apparaten, dat krachtige broeikasgassen bevat. Die gassen zijn vele malen schadelijker voor het milieu dan CO₂. Zolang ze opgesloten blijven in het schuim, vormen ze geen direct gevaar. Maar zodra de boilers verkeerd worden verwerkt en vergruisd, komen deze ozonafbrekende gassen vrij, met potentieel ernstige gevolgen voor het milieu en de volksgezondheid.

Om dat te voorkomen, lanceerde ecosystem een oproep voor de verwerking van elektrische boilers in een afgesloten omgeving. Renewi E-waste kreeg het vertrouwen om deze technologie in de regio Hauts-de-France te implementeren.

Renewi E-waste kon voor deze lijn bouwen op jarenlange expertise in de duurzamere verwerking van koelkasten, die technisch gezien sterk lijken op elektrische boilers. De bestaande infrastructuur op de site in Lesquin werd uitgebreid met een waslijn en een voorbreker, die zorgen voor een optimale terugwinning van achtergebleven water en kalk, en de componenten in kleinere stukken breekt voor een efficiënte handmatige of automatische sortering. Vervolgens maakt de koelkastlijn het mogelijk om de gassen, het polyurethaan (PUR) en de metalen correct terug te winnen, zodat ze zoveel mogelijk opnieuw kunnen worden ingezet in productieprocessen in verschillende industrieën.

Renewi E-waste verwacht jaarlijks zo’n 15.500 ton aan afgedankte boilers te recyclen waaronder enkele duizenden ton uit Nederland.

vrijdag 4 juli 2025

Eerste landelijke onderzoek naar PFAS in bloed

Iedereen in Nederland heeft verschillende soorten PFAS (Per- en polyfluoralkylstoffen ) in het bloed. Bij vrijwel iedereen is de hoeveelheid PFAS hoger dan de gezondheidskundige grenswaarde. Dat blijkt uit onderzoek van het RIVM met bloedmonsters uit 2016 en 2017.

Dat mensen meer PFAS (Per- en polyfluoralkylstoffen ) in hun bloed hebben dan de gezondheidskundige grenswaarde, wil niet zeggen dat mensen meteen ziek  worden door PFAS. Het betekent wel dat PFAS effect kan hebben in het lichaam. Het immuunsysteem kan bijvoorbeeld minder goed gaan werken. De effecten zijn afhankelijk van de hoeveelheid PFAS, de duur van de blootstelling en iemands persoonlijke gezondheidssituatie.

Dit eerste landelijke onderzoek heeft als doel om te meten hoeveel PFAS in het lichaam zit van mensen in Nederland. Het RIVM onderzoekt hiervoor ook bloedmonsters uit 2025. Met deze kennis kunnen we in de toekomst volgen of maatregelen om de blootstelling te verlagen effect hebben.

PFOS (perfluoroctaansulfonaten) en PFOA (perfluoroctaanzuur ) meest gevonden
Het RIVM keek naar 28 verschillende PFAS in bijna 1.500 bloedmonsters. Dit geeft een goed beeld van de situatie in Nederland. In bijna alle bloedmonsters zijn minimaal zeven verschillende PFAS gevonden (PFOA, PFNA, PFDA, PFUnDA, PFHxS, PFHpS en PFOS). Vijf van de onderzochte stoffen  werden bij niemand aangetroffen. PFOS is het meest gevonden in het bloed, gevolgd door PFOA. 

Daarnaast keek het RIVM met extra aandacht naar de regio’s Dordrecht en rond de Westerschelde, omdat deze in de buurt liggen van fabrieken waaruit PFAS in de omgeving is terechtgekomen.  

Bij inwoners uit de regio Dordrecht werd met name meer PFOA gevonden dan gemiddeld in Nederland. Rond de Westerschelde was met name de hoeveelheid PFOS hoger.

Het RIVM berekende in 2021 en 2023 dat mensen in Nederland uit voedsel en drinkwater te veel PFAS binnenkrijgen. De resultaten van het onderzoek in bloed bevestigen dat. Hoewel PFAS erom bekend staan dat ze moeilijk afbreken, kunnen ze wel langzaam uit het lichaam verdwijnen. Om de hoeveelheid PFAS op termijn onder de gezondheidskundige grenswaarde te laten komen, is het nodig dat mensen minder PFAS binnenkrijgen. 

Mensen kunnen contact met PFAS bijna niet voorkomen. Deze stoffen komen in heel Nederland voor in de bodem, en in voedsel en drinkwater. Het Voedingscentrum adviseert om gevarieerd te eten om minder PFAS binnen te krijgen. Mensen kunnen zelf wel opletten of er PFAS zitten in producten, zoals antiaanbaklagen, cosmetica en regenjassen. 

Vooral bedrijven en overheden kunnen maatregelen nemen, zodat mensen minder PFAS binnenkrijgen. Nederland werkt daarvoor vaak samen met andere Europese landen. In 2008 is de stof PFOS verboden en sinds 2020 ook de stof PFOA. Om vervanging van de ene PFAS met een andere te voorkomen, heeft Nederland samen met andere landen een voorstel gedaan voor een Europees verbod op alle PFAS. Dit voorstel ligt nu ter beoordeling bij Europese wetenschappelijke commissies.   

Voor het huidige onderzoek zijn bloedmonsters gebruikt uit 2016 en 2017. Voor een meer recent beeld gaat het RIVM nog onderzoek doen met bloedmonsters uit 2025. Ook in deze monsters worden verschillende soorten PFAS gemeten en vergeleken met de gezondheidskundige grenswaarde. De resultaten van dit onderzoek worden in 2026 verwacht. 

donderdag 3 juli 2025

Nieuwe nicotinesticks bevatten schadelijke hoeveelheden nicotine

Het RIVM onderzocht de hoeveelheid nicotine die komt uit nicotinesticks zonder tabak. Bij deze producten lag de hoeveelheid nicotine 18 tot 25 keer hoger dan de waarde die het RIVM adviseert. Boven deze waarde zijn er schadelijke effecten van nicotine te verwachten.

Nicotinesticks lijken qua uiterlijk op kleine sigaretten. Ze bevatten geen tabak, maar wel nicotine. Ook zijn smaakstoffen toegevoegd. Het is een vrij nieuw product: in 2024 werden deze sticks voor het eerst op de Nederlandse markt gezien. Na verhitting met een bijbehorend verhittingsapparaat komen de stoffen vrij en worden door de gebruiker geïnhaleerd.

Nicotine is schadelijk voor de gezondheid. Daarom wil de Nederlandse overheid dat er eisen aan nicotineproducten zonder tabak voor inhalatie worden gesteld, zoals een maximum voor de hoeveelheid nicotine. Deze eisen zijn er nog niet. Door het ontbreken van tabak vallen deze producten namelijk buiten de Europese Tabakswet. Het RIVM is door het ministerie van VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) gevraagd om advies te geven over de maximale hoeveelheid nicotine die uit het product mag komen. Boven deze waarde zijn bij gebruik gezondheidseffecten te verwachten, zoals een hogere hartslag en irritatie van de luchtwegen. Het RIVM vond dat de nicotine in vier onderzochte varianten nicotinesticks veel hoger ligt dan de advieswaarde.

Naast onderzoek naar de schadelijke effecten die door nicotine of tabak ontstaan, doet het RIVM ook onderzoek naar de aantrekkelijkheid van tabaks- en of nicotineproducten. Zoals het onderzoek naar smaakjes in e-sigaretten (vapes) op basis waarvan door VWS een verbod op deze smaakjes werd ingesteld. Eerste onderzoek naar het effect van dit verbod liet recent zien dat 40 procent het gebruik van e-sigaretten heeft verminderd.

woensdag 2 juli 2025

Onderzoek: Afvalstoffenheffing op de Waddeneilanden het hoogst

Afval weggooien kost geld. Hoeveel precies? Dat blijkt in Nederland sterk te verschillen per gemeente. Verpakkingsspecialist Profipack deed onderzoek naar de kosten per gemeenten en hieruit blijkt dat huishoudens op de Waddeneilanden in 2025 het meeste voor hun afvalstoffenheffing betalen. Hier zitten uitschieters tot maar liefst 469 euro per jaar tussen. Ter vergelijking: in de goedkoopste gemeente is dat slechts 14 euro.

De afvalstoffenheffing is een belasting die gemeenten gebruiken om het ophalen en verwerken van huisvuil te bekostigen. Omdat elke gemeente haar eigen beleid voert, kunnen de tarieven flink uiteenlopen. Op de Waddeneilanden zijn de kosten het hoogst, dit komt onder andere door de extra logistieke uitdaging van afvaltransport per boot. Ook in andere delen van Nederland zijn de verschillen groot. Een gemiddeld huishouden in Vlieland betaalt ruim twee keer zoveel als een inwoner van Aalten. Profipack zocht de grootste verschillen per gemeente in 2025 uit. 

Grootste verschillen in 2025

Top-5 duurste gemeenten per huishouden:
Vlieland: €469,-
Ameland: €395,- 
Schiermonnikoog: €394,- 
Texel: €245,- 
Terschelling: €230,- 
Top-5 goedkoopste gemeenten per huishouden:
Maasdriel: €14,- 
Nijmegen: €23,- 
Asten: €66,- 
Bladel: €72,- 
Aalten: €72,-

Een belangrijke factor in de hoogte van de heffing is de manier waarop afval wordt gescheiden. In bijna driekwart (73%) van de gemeenten zijn inwoners zelf verantwoordelijk voor het scheiden van afval. In grotere steden, zoals Amsterdam, Den Haag en Utrecht is dat minder gebruikelijk, daar wordt afval vaak in één bak verzameld en later door machines gescheiden. Dit zogenoemde nascheiden is makkelijker voor bewoners, maar levert uiteindelijk vaak hogere kosten op.

Afval gaat niet alleen over geld, maar ook over wat het met het milieu doet. Elk jaar komt er naar schatting 50 miljoen kilo zwerfafval in de Nederlandse natuur terecht. Vooral plastic, metaal en glas blijven extreem lang liggen, plastic vergaat pas na 450 tot 1.000 jaar, metaal doet er tientallen tot honderden jaren over en glas vergaat zelfs helemaal niet. Ook textiel levert problemen op, omdat het microvezels in water achterlaat. Materialen als papier en GFT-afval zijn een stuk vriendelijker, want deze breken relatief snel af. Goed scheiden en bewust omgaan met afval maakt dus écht verschil!

dinsdag 1 juli 2025

Klimaatraad: Durf onze ruimte fundamenteel anders in te richten en maak de samenleving weerbaar


In de slag om de ruimte is durf nodig om te kiezen hoe welke ruimte in Nederland moet worden ingericht om mee te veranderen met het klimaat. We zullen moeten leren leven met klimaatverandering en het klimaat verandert sneller dan verwacht en wordt grilliger. Hitte, droogte en extreme neerslag komen vaker voor, vaker tegelijkertijd en duren langer. Ondertussen stijgt de zeespiegel sneller. Nederland heeft veel ervaring met aanpassen. Maar om Nederland veilig, gezond, leefbaar en de samenleving weerbaar te houden is nog grootser toekomstdenken nodig. Er zijn richtinggevende keuzes nodig op twee vlakken: ruimtelijk en maatschappelijk. 

Dit staat in het advies ‘Meeveranderen met het klimaat - Ruimtelijke en maatschappelijke keuzes voor klimaatadaptatie’ van de Wetenschappelijke Klimaatraad (WKR).

Keuzes over ruimte zijn nu nodig omdat we zelfs met extra maatregelen het huidige ruimtegebruik niet overal kunnen behouden. Soms is het te duur, is er geen ruimte of er ontstaat een gebrek aan zoetwater. Het verhogen van dijken of het doorspoelen van polders tegen verzilting is niet meer voldoende. ​Dan is het nodig om het gebied een andere functie te geven, passend bij het bodem- en watersysteem. Bijvoorbeeld het accepteren van verzilting of het verplaatsen van woningen, infrastructuur en industrie. Door het ene gebied anders in te richten kunnen in andere gebieden, met extra maatregelen, functies behouden blijven. 

Dit is bovendien het juiste moment om hier keuzes over te maken omdat Nederland in de komende jaren behoorlijk wordt verbouwd vanwege andere grote opgaven zoals woningbouw, veranderingen in de landbouw, natuurherstel, duurzame energie en investeringen in de infrastructuur. De WKR doet de volgende aanbevelingen:​ 

Bepaal op nationaal niveau in welke gebieden nu moet worden getransformeerd. Werk dit regionaal uit. Begin op plekken waar de urgentie het grootst is: in verziltende kleigebieden, verdrogende zandgebieden, dalende veenweidegebieden en opwarmende steden.

Voer bij grote investeringen, zoals voor infrastructuur, woningbouw en industrie, een klimaatadaptatietoets uit die tenminste 100 jaar vooruitkijkt. Wat we nu bouwen, bepaalt de adaptatieopgave in de toekomst.

Creëer meer ruimte voor de publieke financiering van adaptatie om transformatie van gebieden mogelijk te maken. Bijvoorbeeld om meer ruimte voor de rivieren en meer verkoelend groen in de stad te maken.​

Zorg dat kosten voor adaptatie bij gebiedsontwikkeling niet worden afgewenteld op de samenleving.​

De overheid kan ons niet altijd volledig beschermen tegen de gevolgen van extreem weer. Ook burgers en bedrijven moeten in actie komen. Dit doen ze trouwens nu ook al: het is zaak de acties van overheden, burgers en bedrijven op elkaar af te stemmen zodat die elkaar niet in de wielen rijden of zelfs tegenwerken. Bijvoorbeeld als er te weinig water beschikbaar is in tijden van droogte, kan het beregenen van akkers door boeren niet onbegrensd doorgaan, dan ontstaat een watertekort voor andere functies zoals infrastructuur (huizen, kades, dijken) en natuur. 

De WKR adviseert om ook de maatschappelijke kant van adaptatie beter te organiseren:

Stimuleer en coördineer adaptatie door burgers en bedrijven en doe dat op een manier die zorgt dat iedereen weerbaar wordt en in staat wordt gesteld mee te doen.

Maak informatie over klimaatrisico’s van woningen voor iedereen toegankelijk. Zo kunnen mensen betere keuzes maken en kunnen banken en verzekeraars deze risico’s verantwoord meewegen. 

Bescherm kwetsbare groepen tegen onbedoelde gevolgen, zoals huurwoningen die niet aangepast worden om ze minder kwetsbaar te maken.

Maak voor iedereen duidelijk wie wanneer welke klimaatrisico’s draagt met een ‘klimaatschadeladder’.

Ontwikkel een nationale adaptatiemonitor om inzicht te geven in risico’s, maatregelen en maatschappelijke effecten – nu en in de toekomst.​