'Stikstofreken- en meetsysteem voldoende maar AERIUS niet geschikt'
De berekeningen van emissies en depositie van stikstof over heel Nederland, op lokaal niveau en voor de berekeningen van sectoren daarin is voldoende maar er zijn verbeteringen nodig.
De toepassing van de rekentool AERIUS Calculator, zoals die wordt gebruikt bij de vergunningverlening is op dit moment, wetenschappelijk gezien, niet geschikt en moet verbeterd worden. Het rekenmodel en de toepassing ervan kan op korte termijn aangepast worden, zodat het geschikter is voor gebruik.
Maandag presenteerde het Adviescollege Meten en Berekenen Stikstof zijn eindrapport 'Meer meten, robuuster rekenen' dat een verdere duiding geeft van de conclusies die het adviescollege in zijn eerste rapport al naar buiten bracht. Nu zijn bevindingen over de modellen NEMA (voor de landbouwemissies) en AERIUS toegevoegd. Minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit stelde het adviescollege in, nadat de onderbouwing voor het Nederlandse stikstofbeleid in het maatschappelijke en politieke debat ter discussie werd gesteld.
Het adviescollege is van mening dat het rekenhart van AERIUS gelijkwaardiger, robuuster, eenvoudiger en transparanter moet worden gemaakt. Gelijkwaardiger door voor verkeer op eenzelfde manier te rekenen als voor andere bronnen en dus de depositie na 5 km ook mee te nemen. Robuuster door de depositie niet op een hexagoon, maar op een hoger aggregatieniveau te berekenen waardoor de onzekerheid bij de doorrekening afneemt. Een hoger aggregatieniveau zou een cluster van hexagonen ingedeeld naar habitattype kunnen zijn. Eenvoudiger en transparanter door een bron receptormatrix te hanteren. Deze matrix geeft een relatie weer tussen de receptor (in dit geval een natuurgebied) en de bron (emissie).
Andere aanbevelingen hebben betrekking op het optimaliseren van het meet- en rekensysteem. Door verschillende modellen te combineren (modelensemble) wordt het geheel sterker dan de delen. Ook het gebruik van satellietmetingen draagt bij aan de versterking van het systeem. Voor goede modellering is het van belang om meer te meten en dit ook te doen voor meer stoffen en voor de droge depositie.
De toepassing van de rekentool AERIUS Calculator, zoals die wordt gebruikt bij de vergunningverlening is op dit moment, wetenschappelijk gezien, niet geschikt en moet verbeterd worden. Het rekenmodel en de toepassing ervan kan op korte termijn aangepast worden, zodat het geschikter is voor gebruik.
Maandag presenteerde het Adviescollege Meten en Berekenen Stikstof zijn eindrapport 'Meer meten, robuuster rekenen' dat een verdere duiding geeft van de conclusies die het adviescollege in zijn eerste rapport al naar buiten bracht. Nu zijn bevindingen over de modellen NEMA (voor de landbouwemissies) en AERIUS toegevoegd. Minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit stelde het adviescollege in, nadat de onderbouwing voor het Nederlandse stikstofbeleid in het maatschappelijke en politieke debat ter discussie werd gesteld.
Het adviescollege is van mening dat het rekenhart van AERIUS gelijkwaardiger, robuuster, eenvoudiger en transparanter moet worden gemaakt. Gelijkwaardiger door voor verkeer op eenzelfde manier te rekenen als voor andere bronnen en dus de depositie na 5 km ook mee te nemen. Robuuster door de depositie niet op een hexagoon, maar op een hoger aggregatieniveau te berekenen waardoor de onzekerheid bij de doorrekening afneemt. Een hoger aggregatieniveau zou een cluster van hexagonen ingedeeld naar habitattype kunnen zijn. Eenvoudiger en transparanter door een bron receptormatrix te hanteren. Deze matrix geeft een relatie weer tussen de receptor (in dit geval een natuurgebied) en de bron (emissie).
Andere aanbevelingen hebben betrekking op het optimaliseren van het meet- en rekensysteem. Door verschillende modellen te combineren (modelensemble) wordt het geheel sterker dan de delen. Ook het gebruik van satellietmetingen draagt bij aan de versterking van het systeem. Voor goede modellering is het van belang om meer te meten en dit ook te doen voor meer stoffen en voor de droge depositie.
Geen opmerkingen: