Nederlands consortium onderdeel van groot EU-project voor zero-emissie stadsvervoer
Onlangs is het Europese project metaCCAZE gestart. Dit project richt zich op elektrisch, geautomatiseerd en verbonden mobiliteit in Europese steden. MetaCCAZE is bedoeld om steden te helpen om over te stappen naar groene mobiliteit en zet Europese strategieën en initiatieven om in concrete acties. Amsterdam is één van de pilotsteden en zal zich met zes Nederlandse partners inzetten om transport via water en elektrische voertuigen te verbeteren, en de ontwikkeling van een digital twin om het geheel aan te sturen en te monitoren.
De transportsector is de op één na grootste bron van broeikasgasemissies en is verantwoordelijk voor meer dan 30% van het totale energieverbruik. De Europese Green Deal en andere EU-initiatieven streven er onder andere naar om de transportgerelateerde broeikasgasemissies met 90% te verminderen tegen 2050, ten minste 30 miljoen emissievrije auto's op Europese wegen te krijgen, bijna alle gemotoriseerde voertuigen emissievrij te maken en tegen 2030 100 grote klimaatneutrale steden te hebben. Bij het proberen te behalen van deze doelen, ontstaan nieuwe uitdagingen, zoals het inefficiënt opladen van elektrische voertuigen of hoge energiebelastingen die het elektriciteitsnet belasten.
Het metaCCAZE-project stimuleert de overgang naar stedelijke mobiliteit door oplossingen voor deze nieuwe uitdagingen te bieden. Het project beoogt de inzet van slimme systemen die elektrische, geautomatiseerde en verbonden mobiliteit en infrastructuur combineren, te versnellen door zes overdraagbare technologieën te ontwikkelen. Dit omvat onder andere geautomatiseerd opladen, AI-gebaseerde realtime planning voor autonome vloten en verkeersbeheer met lage emissies.
Om hun potentieel in echte en diverse stedelijke omgevingen te testen, worden de oplossingen ontwikkeld in vier koplopersteden: Amsterdam, München, Limassol en Tampere. Succesvolle technologieën en activiteiten worden overgebracht naar zes andere deelnemende steden: Athene, Krakau, Gonzo, Milaan, Miskolc en de Parijse regio. Om ervoor te zorgen dat de technologieën voldoen aan de behoeften van burgers en stedelijke mobiliteitsbelanghebbenden, worden er lokaal in de steden verschillende samenwerkingsactiviteiten georganiseerd.
Het project loopt de komende vier jaar, waarin de technologieën zullen worden ingezet en gemonitord door een projectconsortium dat bestaat uit 43 gerenommeerde instellingen uit 12 Europese landen. Dit consortium omvat partijen vanuit de academische wereld, de industrie en de publieke sector. In het Amsterdamse living lab worden de innovaties getest en opgeschaald in samenwerking met bewoners, bedrijven en de gemeente. In dit living lab wordt samengewerkt door de volgende Nederlandse partners: Gemeente Amsterdam, TU Delft, AMS Institute, Townmaking Institute, Zoev City, Argaleo en Technolution.
De transportsector is de op één na grootste bron van broeikasgasemissies en is verantwoordelijk voor meer dan 30% van het totale energieverbruik. De Europese Green Deal en andere EU-initiatieven streven er onder andere naar om de transportgerelateerde broeikasgasemissies met 90% te verminderen tegen 2050, ten minste 30 miljoen emissievrije auto's op Europese wegen te krijgen, bijna alle gemotoriseerde voertuigen emissievrij te maken en tegen 2030 100 grote klimaatneutrale steden te hebben. Bij het proberen te behalen van deze doelen, ontstaan nieuwe uitdagingen, zoals het inefficiënt opladen van elektrische voertuigen of hoge energiebelastingen die het elektriciteitsnet belasten.
Het metaCCAZE-project stimuleert de overgang naar stedelijke mobiliteit door oplossingen voor deze nieuwe uitdagingen te bieden. Het project beoogt de inzet van slimme systemen die elektrische, geautomatiseerde en verbonden mobiliteit en infrastructuur combineren, te versnellen door zes overdraagbare technologieën te ontwikkelen. Dit omvat onder andere geautomatiseerd opladen, AI-gebaseerde realtime planning voor autonome vloten en verkeersbeheer met lage emissies.
Om hun potentieel in echte en diverse stedelijke omgevingen te testen, worden de oplossingen ontwikkeld in vier koplopersteden: Amsterdam, München, Limassol en Tampere. Succesvolle technologieën en activiteiten worden overgebracht naar zes andere deelnemende steden: Athene, Krakau, Gonzo, Milaan, Miskolc en de Parijse regio. Om ervoor te zorgen dat de technologieën voldoen aan de behoeften van burgers en stedelijke mobiliteitsbelanghebbenden, worden er lokaal in de steden verschillende samenwerkingsactiviteiten georganiseerd.
Het project loopt de komende vier jaar, waarin de technologieën zullen worden ingezet en gemonitord door een projectconsortium dat bestaat uit 43 gerenommeerde instellingen uit 12 Europese landen. Dit consortium omvat partijen vanuit de academische wereld, de industrie en de publieke sector. In het Amsterdamse living lab worden de innovaties getest en opgeschaald in samenwerking met bewoners, bedrijven en de gemeente. In dit living lab wordt samengewerkt door de volgende Nederlandse partners: Gemeente Amsterdam, TU Delft, AMS Institute, Townmaking Institute, Zoev City, Argaleo en Technolution.
Geen opmerkingen: