De diepte in: Iers-Nederlands onderzoek vindt verborgen koolstofreservoir in de bodem waarop we staan
Uit onderzoek op grasland in Ierland, uitgevoerd onder leiding van Gary Lanigan (Teagasc - de Ierse Agriculture and Food Development Authority) en de hoogleraren Rachel Creamer en Rogier Schulte (beiden Wageningen University & Research), is gebleken dat in bodems waar veel kleideeltjes naar diepere lagen zijn gespoeld, voor veel langere periodes en op veel grotere diepte koolstof vastgelegd wordt dan voorheen bekend was. Met de publicatie van hun resultaten in Nature Scientific Reports laten de auteurs zien hoe deze bodems een prominente rol kunnen spelen in het beperken van klimaatverandering en het deels opvangen van de uitstoot van broeikasgassen door de landbouw.
Het is algemeen bekend dat alle bodems een belangrijke rol spelen in de wereldwijde koolstofdioxidecyclus. Bodems slaan driemaal zoveel koolstof op als de hoeveelheid die aanwezig is in de atmosfeer. Ze kunnen een bron van koolstofuitstoot zijn door landdegradatie, of juist een opslag door het vastleggen van koolstof in de bodem. In de overeenkomst van Parijs van de Framework Convention on Climate Change van de Verenigde Naties (UNFCCC) wordt de rol van de bodem in het beperking van klimaatverandering erkend in het 4per1000-initiatief, waarin wordt verwezen naar het doel om de koolstofinhoud van de bodem wereldwijd te laten toenemen met 0,4% per jaar.
Bij het internationale raamverdrag voor het bepalen van de hoeveelheid koolstof in de bodem is tot nu toe echter alleen rekening gehouden met de bovenste dertig centimeter van de bodem, de zogeheten bovengrond. Het Iers-Nederlandse onderzoek bevestigt dat dit inderdaad de laag is die de grootste hoeveelheid koolstof bevat, namelijk tot twee derde van alle koolstof in de bodem. Gemma Torres, eerste auteur en werkzaam bij Teagasc en de Universiteit van Limerick, legt uit: “De meeste koolstof in de bovengrond is gebonden aan de grotere gronddeeltjes. Deze bieden een smakelijke maaltijd voor bodemorganismen, die de koolstof snel weer vrijgeven in de atmosfeer. Dat betekent dat het grootste deel van de koolstof in de bovengrond voor minder dan tien jaar is vastgelegd. Op grotere diepte zit de koolstof vooral gebonden aan steeds kleinere bodemdeeltjes. Daardoor blijft de koolstof lang buiten het bereik van bodemorganismen, gewoonlijk gedurende decennia in plaats van jaren.”
Rachel Creamer van Wageningen University & Research (WUR): “Uit ons onderzoek blijkt dat dit effect het meest uitgesproken is in bodems, waarin de kleideeltjes van de bovengrond naar de ondergrond zijn gespoeld, een proces dat bekend staat als klei-inspoeling of -illuviatie. In dit soort bodems wordt meer dan de helft van de koolstof in diepere gondlagen voor eeuwen vastgelegd.”
Prof Schulte van WUR vertelt dat het resultaat van het onderzoek belangrijke en positieve gevolgen heeft voor de rol die de Europese landbouw kan spelen bij het verminderen van de klimaatverandering: “De nieuwe voorstellen van de Europese Commissie voor een raamverdrag voor energie en klimaat voor 2030 bieden een zekere mate van flexibiliteit voor het gebruik van de bodem om de agrarische uitstoot van koolzuurgas gedeeltelijk te compenseren. Het vastleggen van koolstof in de bodem is een van de meest rendabele manieren waarop de landbouw een bijdrage kan leveren aan het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer. Uit ons onderzoek blijkt dat bodems met veel naar diepere lagen ingespoelde kleideeltjes nog meer potentieel hebben dan eerder gedacht en dat ze een belangrijke rol kunnen spelen in de plannen van de EU-lidstaten om hun klimaatverplichtingen na te komen. Zo ontstaan er mogelijkheden om climate smart landbeheer te stimuleren, aangepast aan diverse bodemsoorten.”
Geen opmerkingen: