Nederlandse fokkerij verlaagt milieubelasting met 1% per jaar
Als indirecte respons bij selectie op het huidige fokdoel daalt de milieubelasting van dierlijke producten jaarlijks met ongeveer 1%. Deze daling wordt dus behaald zonder specifiek op milieukenmerken te selecteren. Dit blijkt uit recent onderzoek van Wageningen University & Research. Daarbij is gekeken naar de vier belangrijkste diersoorten, namelijk vleeskuikens, legkippen, varkens en melkkoeien.
Het doel van het onderzoek was om de bijdrage van fokkerij te berekenen aan het verminderen van de milieubelasting door de vier belangrijkste diersoorten in de Nederlandse veehouderij (met hun producten), namelijk kippen (vlees), legkippen (eieren), varkens (vlees) en koeien (melk). Het onderzoek bestond uit een combinatie van literatuurstudie en kwantitatieve analyse om de huidige milieubelasting en de gevolgen van recente fokkerij gerelateerde ontwikkelingen in te schatten. Voor kippenvlees, eieren en varkensvlees lag hierbij de focus op broeikasgasemissies en stikstof-en fosfaatefficiëntie. Bij melk is gefocust op methaanemissie vanuit de koe. Methaan is immers een belangrijk broeikasgas. De resultaten van dit onderzoek geven aan dat door fokkerij de milieubelasting van dierlijke producten met ongeveer 1% per jaar daalt. Dit wordt behaald zonder specifiek op milieukenmerken te selecteren, maar is vooral een gevolg van selectie op (voer-)efficiëntie.
De veehouderij is wereldwijd verantwoordelijk voor 14,5% van de totale antropogene (door de mens veroorzaakte) broeikasgasemissies. Ongeveer de helft van deze emissies komt rechtstreeks vanuit de veehouderij, terwijl de andere helft zijn oorsprong vindt in de voerproductie. De fokkerij heeft als doel om de veehouderij te verbeteren en een efficiënt gebruik van grondstoffen te bevorderen, waardoor de milieubelasting af zal nemen.
Het doel van het onderzoek was om de bijdrage van fokkerij te berekenen aan het verminderen van de milieubelasting door de vier belangrijkste diersoorten in de Nederlandse veehouderij (met hun producten), namelijk kippen (vlees), legkippen (eieren), varkens (vlees) en koeien (melk). Het onderzoek bestond uit een combinatie van literatuurstudie en kwantitatieve analyse om de huidige milieubelasting en de gevolgen van recente fokkerij gerelateerde ontwikkelingen in te schatten. Voor kippenvlees, eieren en varkensvlees lag hierbij de focus op broeikasgasemissies en stikstof-en fosfaatefficiëntie. Bij melk is gefocust op methaanemissie vanuit de koe. Methaan is immers een belangrijk broeikasgas. De resultaten van dit onderzoek geven aan dat door fokkerij de milieubelasting van dierlijke producten met ongeveer 1% per jaar daalt. Dit wordt behaald zonder specifiek op milieukenmerken te selecteren, maar is vooral een gevolg van selectie op (voer-)efficiëntie.
De veehouderij is wereldwijd verantwoordelijk voor 14,5% van de totale antropogene (door de mens veroorzaakte) broeikasgasemissies. Ongeveer de helft van deze emissies komt rechtstreeks vanuit de veehouderij, terwijl de andere helft zijn oorsprong vindt in de voerproductie. De fokkerij heeft als doel om de veehouderij te verbeteren en een efficiënt gebruik van grondstoffen te bevorderen, waardoor de milieubelasting af zal nemen.
Geen opmerkingen: