Meer mensen vinden milieu sterk vervuild
Ruim de helft van de volwassenen in Nederland gaf in 2017 aan dat lucht, bodem en water sterk verontreinigd zijn. Drie kwart vindt dat er aan de natuur veel schade is toegebracht. Dit is hoger dan vijf jaar eerder. Ook blijken meer mensen bereid om te betalen voor een beter milieu. Toch is de bezorgdheid over het milieu nagenoeg gelijk gebleven. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS op basis van het onderzoek Belevingen.
In het onderzoek Belevingen 2017 is volwassenen gevraagd naar hun mening over enkele milieukwesties. Dezelfde vragen en stellingen zijn ook in 2012 voorgelegd. In 2017 gaf 55 procent aan dat lucht, bodem en water sterk verontreinigd zijn, in 2012 was dat 40 procent. Daarnaast gaf 75 procent in 2017 aan dat er veel schade is toegebracht aan de natuur, tegen 59 procent in 2012. Ook zeggen meer mensen in 2017 bereid te zijn om meer belasting te betalen voor een beter milieu: 34 procent, tegenover 24 procent in 2012.
Hoewel meer mensen vinden dat er sprake is van milieuverontreiniging en schade aan de natuur, is het aandeel dat zich zorgen maakt nauwelijks veranderd. In 2017 zei 85 procent zich zorgen te maken over het milieu, nagenoeg evenveel als in 2012. De aard van de zorgen is echter wel anders: van de volwassenen die zich zorgen maken, zegt in 2017 bijna 43 procent zich vooral zorgen te maken over het milieu wereldwijd, 6 procent over het milieu in de eigen leefomgeving, en ruim de helft over beide. In 2012 was men nog vooral bezorgd over het milieu wereldwijd (64 procent).
Mensen met hogere inkomens zijn minder vaak van mening dat lucht, bodem en water sterk verontreinigd zijn en dat er veel schade is toegebracht aan de natuur dan mensen met lagere inkomens. Wel zijn ze bereid om meer belasting te betalen voor een beter milieu: van degenen met een inkomen in de hoogste inkomensgroep is 43 procent bereid extra belasting te betalen. In de andere inkomensgroepen is dat ongeveer 30 procent. In hoeverre volwassenen zich zorgen maken over het milieu blijkt nauwelijks samen te hangen met hun inkomen.
Vrouwen vinden vaker dan mannen dat lucht, bodem en water sterk verontreinigd zijn (60 tegenover 50 procent), en dat er veel schade is toegebracht aan de natuur (78 tegen 73 procent). Ook maken ze zich iets vaker zorgen over het milieu (88 procent van de vrouwen, 83 procent van de mannen). Vrouwen zijn echter minder vaak bereid om meer belasting te betalen ter verbetering van het milieu: 31 procent, tegenover 37 procent van de mannen.
In het onderzoek Belevingen 2017 is volwassenen gevraagd naar hun mening over enkele milieukwesties. Dezelfde vragen en stellingen zijn ook in 2012 voorgelegd. In 2017 gaf 55 procent aan dat lucht, bodem en water sterk verontreinigd zijn, in 2012 was dat 40 procent. Daarnaast gaf 75 procent in 2017 aan dat er veel schade is toegebracht aan de natuur, tegen 59 procent in 2012. Ook zeggen meer mensen in 2017 bereid te zijn om meer belasting te betalen voor een beter milieu: 34 procent, tegenover 24 procent in 2012.
Hoewel meer mensen vinden dat er sprake is van milieuverontreiniging en schade aan de natuur, is het aandeel dat zich zorgen maakt nauwelijks veranderd. In 2017 zei 85 procent zich zorgen te maken over het milieu, nagenoeg evenveel als in 2012. De aard van de zorgen is echter wel anders: van de volwassenen die zich zorgen maken, zegt in 2017 bijna 43 procent zich vooral zorgen te maken over het milieu wereldwijd, 6 procent over het milieu in de eigen leefomgeving, en ruim de helft over beide. In 2012 was men nog vooral bezorgd over het milieu wereldwijd (64 procent).
Mensen met hogere inkomens zijn minder vaak van mening dat lucht, bodem en water sterk verontreinigd zijn en dat er veel schade is toegebracht aan de natuur dan mensen met lagere inkomens. Wel zijn ze bereid om meer belasting te betalen voor een beter milieu: van degenen met een inkomen in de hoogste inkomensgroep is 43 procent bereid extra belasting te betalen. In de andere inkomensgroepen is dat ongeveer 30 procent. In hoeverre volwassenen zich zorgen maken over het milieu blijkt nauwelijks samen te hangen met hun inkomen.
Vrouwen vinden vaker dan mannen dat lucht, bodem en water sterk verontreinigd zijn (60 tegenover 50 procent), en dat er veel schade is toegebracht aan de natuur (78 tegen 73 procent). Ook maken ze zich iets vaker zorgen over het milieu (88 procent van de vrouwen, 83 procent van de mannen). Vrouwen zijn echter minder vaak bereid om meer belasting te betalen ter verbetering van het milieu: 31 procent, tegenover 37 procent van de mannen.
Geen opmerkingen: