Snelheidsbeheersing ontbreekt in Klimaatakkoord
De Klimaatwet-in-wording zet in op een CO2-reductie van 49% per 2030 ten opzichte van 1990. Het voorlopige Klimaatakkoord schets een waslijst aan maatregelen, maar opvallend is het buiten schot blijven van de 130 km-limiet en het gebrek aan ruchtbaarheid daarover. Hiermee blijft een van de eenvoudigste opties tot CO2-reductie onbenut, zo blijkt uit een artikel in de nieuwe editie van Tijdschrift Milieu.
Het voorlopig Klimaatakkoord opteert voor een reductie van de verkeersemissies van 7,3 Mton CO2 in 2030, het equivalent van 3,5 miljard liter benzine/diesel. Deze milieuwinst moet vooral komen van elektrisch vervoer (EV), zuinige banden, slimme logistiek, biobrandstoffen en minder autogebruik. Het artikel in de nieuwe editie van Tijdschrift Milieu van de hand van Martin Kroon, oud-projectleider rijsnelheden en rijgedrag bij VROM/DGM en promotor/instructeur Het Nieuwe Rijden, maakt echter duidelijk dat de geplande schaalsprong richting elektrisch rijden op korte termijn weinig CO2-reductie oplevert. De brandstofmix bij de stroomproductie is immers nog grotendeels fossiel.
Zeker tot 2030 verdient dan ook met name het verminderen van de emissies van diesel- en benzineauto’s aandacht. Met name de vermindering rijsnelheden - in samenhang met verbetering rijgedrag en doorstroming – levert flinke brandstofbesparing op. Tussen 1988 en 2012 was dat om die reden een belangrijk onderdeel van het klimaatbeleid.
Snelheidsbeheersing is gebaseerd op het natuurkundig gegeven, dat een voertuig meer energie verbruikt als de snelheid toeneemt en als de motor meer toeren maakt. Bijkomend voordeel is het verbeteren van de verkeersveiligheid. Gemiddeld vergroot 130 in plaats van 120 rijden het verbruik met meer dan 10% per auto. Verlaging naar 120 kilometer is met stip de meest kosteneffectieve klimaatmaatregel en kan bovendien snel uitgevoerd worden. Het Transitiepad Mobiliteit schat de winst daarvan op 1 tot 1,5 Mton. Inclusief hervatting van Het-Nieuwe-Rijden-campagnes is 3 Mton CO2–reductie haalbaar. Met ‘aardgasvrij’ kost eenzelfde reductie miljarden.
Het voorlopig Klimaatakkoord opteert voor een reductie van de verkeersemissies van 7,3 Mton CO2 in 2030, het equivalent van 3,5 miljard liter benzine/diesel. Deze milieuwinst moet vooral komen van elektrisch vervoer (EV), zuinige banden, slimme logistiek, biobrandstoffen en minder autogebruik. Het artikel in de nieuwe editie van Tijdschrift Milieu van de hand van Martin Kroon, oud-projectleider rijsnelheden en rijgedrag bij VROM/DGM en promotor/instructeur Het Nieuwe Rijden, maakt echter duidelijk dat de geplande schaalsprong richting elektrisch rijden op korte termijn weinig CO2-reductie oplevert. De brandstofmix bij de stroomproductie is immers nog grotendeels fossiel.
Zeker tot 2030 verdient dan ook met name het verminderen van de emissies van diesel- en benzineauto’s aandacht. Met name de vermindering rijsnelheden - in samenhang met verbetering rijgedrag en doorstroming – levert flinke brandstofbesparing op. Tussen 1988 en 2012 was dat om die reden een belangrijk onderdeel van het klimaatbeleid.
Snelheidsbeheersing is gebaseerd op het natuurkundig gegeven, dat een voertuig meer energie verbruikt als de snelheid toeneemt en als de motor meer toeren maakt. Bijkomend voordeel is het verbeteren van de verkeersveiligheid. Gemiddeld vergroot 130 in plaats van 120 rijden het verbruik met meer dan 10% per auto. Verlaging naar 120 kilometer is met stip de meest kosteneffectieve klimaatmaatregel en kan bovendien snel uitgevoerd worden. Het Transitiepad Mobiliteit schat de winst daarvan op 1 tot 1,5 Mton. Inclusief hervatting van Het-Nieuwe-Rijden-campagnes is 3 Mton CO2–reductie haalbaar. Met ‘aardgasvrij’ kost eenzelfde reductie miljarden.
Geen opmerkingen: