Dwangsommen voor verwerkingsbedrijf op terrein Tata Steel onterecht
Het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland had Harsco Metals Holland B.V. geen dwangsommen mogen opleggen om stofverspreiding bij het kiepen van slakken tegen te gaan.
Slak is een restproduct van de staalproductie. Het bedrijf heeft het vergunningsvoorschrift waarop de provincie haar dwangsommen baseerde, niet overtreden. Dit betekent overigens niet dat het bedrijf ongelimiteerd stof mag verspreiden bij de verwerking van slakken. Dit staat in de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Harsco verwerkt slakken op het industrieterrein van Tata Steel in IJmuiden. De vloeibare slak wordt in zogenoemde slakputten gekiept en daarin afgekoeld tot gestolde vaste slak.
In de slakputten vindt een deel van het productieproces plaats en daarmee zijn de slakputten installaties en geen opslagen. Het proces van vullen, koelen en leegmaken van de slakputten is een volcontinu productieproces. Pas de fase daarna wordt als opslag beschouwd. Dat is de fase wanneer de afgekoelde slak wordt opgeslagen nadat deze is uitgegraven uit de putten.
Het vergunningsvoorschrift waarop de provincie de dwangsommen had gebaseerd, heeft alleen betrekking op de opslag van slakken en is dus niet van toepassing op het kiepen van slakken in de slakputten. Daarom was de provincie niet bevoegd om op grond van dit voorschrift handhavend op te treden tegen de stofverspreiding die optreedt bij het kiepen.
Maar dit betekent niet dat bij de slakputten ongelimiteerd stofverspreiding mag plaatsvinden. Harsco moet volgens de vergunning een zogenoemd sproeiplan hebben. Daarin staat op welke wijze stofverspreiding zoveel mogelijk wordt voorkomen of beperkt bij de slakputten. Als het college van gedeputeerde staten dat nodig vindt, kan het ook nog nadere voorschriften aan de vergunning stellen of deze aanvullen of wijzigen.
Slak is een restproduct van de staalproductie. Het bedrijf heeft het vergunningsvoorschrift waarop de provincie haar dwangsommen baseerde, niet overtreden. Dit betekent overigens niet dat het bedrijf ongelimiteerd stof mag verspreiden bij de verwerking van slakken. Dit staat in de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Harsco verwerkt slakken op het industrieterrein van Tata Steel in IJmuiden. De vloeibare slak wordt in zogenoemde slakputten gekiept en daarin afgekoeld tot gestolde vaste slak.
In de slakputten vindt een deel van het productieproces plaats en daarmee zijn de slakputten installaties en geen opslagen. Het proces van vullen, koelen en leegmaken van de slakputten is een volcontinu productieproces. Pas de fase daarna wordt als opslag beschouwd. Dat is de fase wanneer de afgekoelde slak wordt opgeslagen nadat deze is uitgegraven uit de putten.
Het vergunningsvoorschrift waarop de provincie de dwangsommen had gebaseerd, heeft alleen betrekking op de opslag van slakken en is dus niet van toepassing op het kiepen van slakken in de slakputten. Daarom was de provincie niet bevoegd om op grond van dit voorschrift handhavend op te treden tegen de stofverspreiding die optreedt bij het kiepen.
Maar dit betekent niet dat bij de slakputten ongelimiteerd stofverspreiding mag plaatsvinden. Harsco moet volgens de vergunning een zogenoemd sproeiplan hebben. Daarin staat op welke wijze stofverspreiding zoveel mogelijk wordt voorkomen of beperkt bij de slakputten. Als het college van gedeputeerde staten dat nodig vindt, kan het ook nog nadere voorschriften aan de vergunning stellen of deze aanvullen of wijzigen.
Geen opmerkingen: