Versnelling en vergroting stikstofaanpak voor sterke natuur en gezonde leefomgeving
De natuur versneld herstellen en het landelijk gebied toekomstbestendig maken. Dat is de kern van de hoofdlijnenbrief voor de aanpak van het stikstofprobleem, die minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof) naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
In de brief schetst de minister de route naar een gebiedsgerichte aanpak, een intensivering en versnelling van bestaande stikstofmaatregelen en plannen om de huidige vergunningverlening beter houdbaar te maken.
De onontkoombaarheid van de stikstofaanpak staat centraal in de brief: door een teveel aan stikstof verdwijnen steeds meer dieren en planten waardoor de natuur verschraalt. Dat brengt schoon drinkwater, schone lucht en een gezonde bodem in gevaar, de basis voor ons leven, ons voedsel en daarmee ook de basis van onze economie. Een nieuwe balans tussen wat de natuur kan dragen en wat we als samenleving van de natuur kunnen vragen is nodig. Het kabinet begint niet op nul – er loopt al een structurele stikstofaanpak – maar een versnelling en vergroting van de aanpak is nodig om onherstelbare natuurschade voor te zijn en andere kabinetsopgaven (woningbouw, energietransitie, bereikbaarheid, verduurzaming landbouw) te doen slagen.
De opgave is groot: 50 procent procent minder stikstofuitstoot en driekwart van de stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden op een gezond niveau in 2030. Het kabinet wil stikstofmaatregelen in een zogenoemde gebiedsgerichte aanpak slim combineren met andere maatregelen om de natuur, de bodem en de waterkwaliteit te verbeteren en de klimaatopgave te halen. Dat gebeurt via een Nationaal Programma Landelijk Gebied. Het kabinet heeft hiervoor 25 miljard euro beschikbaar gesteld bovenop bestaande middelen (6 miljard euro). Omdat gebieden verschillen, verschilt ook de aanpak per gebied. Rijk en provincies stellen per gebied doelen vast die onontkoombaar gehaald moeten worden. Bij elkaar tellen die doelen op tot het landelijke doel.
Geen opmerkingen: