Nog te veel stikstof en fosfor in grond- en oppervlaktewater
Het grondwater en oppervlaktewater bevat op veel plekken te veel stikstof en fosfor. Daarmee voldoet Nederland niet aan de doelen van de Europese Nitraatrichtlijn. Door te veel stikstof en fosfor voldoet in veel wateren in Nederland de biologische waterkwaliteit niet en staat de kwaliteit van het drinkwater in sommige delen van Nederland onder druk. Vooral in gebieden met een ondergrond van zand en löss is het belangrijk de kwaliteit van het grondwater te verbeteren. Dat blijkt uit het rapport Landbouwpraktijk en waterkwaliteit in Nederland 2020-2023 van het RIVM.
De stoffen stikstof en fosfor zorgen ervoor dat gewassen beter groeien. Wanneer landbouwbedrijven mest gebruiken, spoelt een teveel aan stikstof en fosfor weg naar het grond- en oppervlaktewater, waardoor dat vervuild raakt. Nitraat is de meest voorkomende vorm van stikstof in de bodem en het water. Dit rapport beschrijft de ontwikkeling van de nitraatconcentraties in grond- en oppervlaktewater en totale concentraties van stikstof en fosfor in oppervlaktewateren.
Resultaten grondwater
In dit rapport zijn de effecten van beleidsmaatregelen (tot 2022) op de waterkwaliteit in beeld gebracht. De waterkwaliteit is sinds 2012 niet structureel verbeterd. Tussen 2020-2023 zijn de nitraatconcentraties in het grondwater onder landbouwbedrijven gestegen ten opzichte van 2016-2019. Bij meer dan de helft van de landbouwbedrijven in de gebieden met een ondergrond van zand of löss is de nitraatconcentratie volgens de Europese norm vaak nog te hoog. Dit komt voor een deel door de droge zomers van 2018 tot 2020. Gewassen nemen bij droogte minder stikstof op waardoor er meer in de bodem achterblijft. Sinds 2021 dalen de nitraatconcentraties, maar zijn in deze gebieden nog steeds hoger dan voor 2018.
Door te veel stikstof en fosfor in oppervlaktewater voldoet in veel wateren in Nederland de biologische waterkwaliteit niet. Dan leven er bijvoorbeeld te weinig verschillende soorten planten en dieren in. In 44 procent van de wateren in Nederland is de biologie niet op orde mede als gevolg van meststoffen. In 11 procent van de wateren leven er nog genoeg planten en dieren, maar zijn de concentraties stikstof en fosfor wel te hoog.
Schoon grond- en oppervlaktewater is belangrijk om er drinkwater van te kunnen maken. Daarom is het belangrijk de kwaliteit van het water te verbeteren. Vooral op de zandgronden vormt nitraat een probleem voor de bronnen van drinkwater. Grondwater dat meer dan 50 milligram nitraat per liter bevat, is minder geschikt voor drinkwaterbereiding. In ongeveer 20 procent van de grondwaterwinningen zijn nu al problemen, of kunnen die in de nabije toekomst ontstaan.
Het doel van de Nitraatrichtlijn is om de bronnen voor drinkwater te beschermen en om vervuiling van het oppervlaktewater door meststoffen uit agrarische bronnen te voorkomen. Het RIVM rapporteert samen met RWS (Rijkswaterstaat), Deltares, CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek), WEcR en RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) elke vier jaar over het gebruik van meststoffen in de landbouw en het effect daarvan op de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater. Met dit rapport brengt Nederland verslag uit aan de Europese Commissie van de voortgang in de verbetering van de waterkwaliteit.
De stoffen stikstof en fosfor zorgen ervoor dat gewassen beter groeien. Wanneer landbouwbedrijven mest gebruiken, spoelt een teveel aan stikstof en fosfor weg naar het grond- en oppervlaktewater, waardoor dat vervuild raakt. Nitraat is de meest voorkomende vorm van stikstof in de bodem en het water. Dit rapport beschrijft de ontwikkeling van de nitraatconcentraties in grond- en oppervlaktewater en totale concentraties van stikstof en fosfor in oppervlaktewateren.
Resultaten grondwater
In dit rapport zijn de effecten van beleidsmaatregelen (tot 2022) op de waterkwaliteit in beeld gebracht. De waterkwaliteit is sinds 2012 niet structureel verbeterd. Tussen 2020-2023 zijn de nitraatconcentraties in het grondwater onder landbouwbedrijven gestegen ten opzichte van 2016-2019. Bij meer dan de helft van de landbouwbedrijven in de gebieden met een ondergrond van zand of löss is de nitraatconcentratie volgens de Europese norm vaak nog te hoog. Dit komt voor een deel door de droge zomers van 2018 tot 2020. Gewassen nemen bij droogte minder stikstof op waardoor er meer in de bodem achterblijft. Sinds 2021 dalen de nitraatconcentraties, maar zijn in deze gebieden nog steeds hoger dan voor 2018.
Door te veel stikstof en fosfor in oppervlaktewater voldoet in veel wateren in Nederland de biologische waterkwaliteit niet. Dan leven er bijvoorbeeld te weinig verschillende soorten planten en dieren in. In 44 procent van de wateren in Nederland is de biologie niet op orde mede als gevolg van meststoffen. In 11 procent van de wateren leven er nog genoeg planten en dieren, maar zijn de concentraties stikstof en fosfor wel te hoog.
Schoon grond- en oppervlaktewater is belangrijk om er drinkwater van te kunnen maken. Daarom is het belangrijk de kwaliteit van het water te verbeteren. Vooral op de zandgronden vormt nitraat een probleem voor de bronnen van drinkwater. Grondwater dat meer dan 50 milligram nitraat per liter bevat, is minder geschikt voor drinkwaterbereiding. In ongeveer 20 procent van de grondwaterwinningen zijn nu al problemen, of kunnen die in de nabije toekomst ontstaan.
Het doel van de Nitraatrichtlijn is om de bronnen voor drinkwater te beschermen en om vervuiling van het oppervlaktewater door meststoffen uit agrarische bronnen te voorkomen. Het RIVM rapporteert samen met RWS (Rijkswaterstaat), Deltares, CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek), WEcR en RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) elke vier jaar over het gebruik van meststoffen in de landbouw en het effect daarvan op de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater. Met dit rapport brengt Nederland verslag uit aan de Europese Commissie van de voortgang in de verbetering van de waterkwaliteit.
Geen opmerkingen: