Mineralen inzetten tegen klimaatverandering
Op een proefterrein bij Renkum onderzoekt promovendus Emily te Pas (Wageningen UR) of via toevoeging van silicaatmineralen aan landbouwgrond het broeikasgas CO2 uit de lucht is te halen. Het achterliggende principe is letterlijk zo oud als de wereld.
Silicaatgesteentes reageren met CO2 waardoor dit gas wordt gebonden tot bicarbonaat, dat in de bodem kan neerslaan als kalk. Van nature gaat dat met een geologische slakkengang, maar vermaal de mineralen tot gruis, bedacht de Utrechts geoloog Olaf Schuiling vijftien jaar geleden, dan verloopt die verwering binnen jaren tot decennia. Met olivijn, het meest reactieve silicaat en een van de meest voorkomende mineralen op aarde, zou je grootschalig CO2 uit de lucht kunnen halen, voorspelde Schuiling. Dat zou klimaatverandering kunnen beteugelen.
Te Pas wil zich niet wagen aan een achterkant-van-een-sigarendoosje-berekening over de hoeveelheid mineraal die je nodig hebt om zeg de jaarlijkse CO2-uitstoot van het autoverkeer in Nederland vast te leggen. ‘De marges in de berekeningen lopen enorm uiteen. Zeker is wel dat je dergelijke mineralen grootschalig moet toepassen; in zee wellicht, of op grote landoppervlaktes. Ik richt me in mijn onderzoek op gebruik in de akkerbouw, wereldwijd een enorm areaal.’
Silicaatgesteentes reageren met CO2 waardoor dit gas wordt gebonden tot bicarbonaat, dat in de bodem kan neerslaan als kalk. Van nature gaat dat met een geologische slakkengang, maar vermaal de mineralen tot gruis, bedacht de Utrechts geoloog Olaf Schuiling vijftien jaar geleden, dan verloopt die verwering binnen jaren tot decennia. Met olivijn, het meest reactieve silicaat en een van de meest voorkomende mineralen op aarde, zou je grootschalig CO2 uit de lucht kunnen halen, voorspelde Schuiling. Dat zou klimaatverandering kunnen beteugelen.
Te Pas wil zich niet wagen aan een achterkant-van-een-sigarendoosje-berekening over de hoeveelheid mineraal die je nodig hebt om zeg de jaarlijkse CO2-uitstoot van het autoverkeer in Nederland vast te leggen. ‘De marges in de berekeningen lopen enorm uiteen. Zeker is wel dat je dergelijke mineralen grootschalig moet toepassen; in zee wellicht, of op grote landoppervlaktes. Ik richt me in mijn onderzoek op gebruik in de akkerbouw, wereldwijd een enorm areaal.’
Geen opmerkingen: